Na maanden van grijs en grauw weer was daar het januari-zonnetje. Een dun laagje nachtvorst had het eerste stuk van het wandelpad omgetoverd tot een glibberige uitdaging, maar dat mocht de pret niet drukken.
Het was er opvallend stil, afgezien van het tevreden geronk van binnenvaartschepen die hun weg over de Oude Maas vervolgden.
Daar in het zonnetje, alsof hij in de spotlight stond, zat een ijsvogel. Zijn heldere blauwe veren leken bijna te gloeien in het licht.
De wilgen waren pas geknot, hun takken lagen keurig
samengebonden.
Het gebied ademt nog steeds historie; een uniek griendennatuurgebied, waar eb en vloed vrijelijk kan stromen dankzij de directe verbinding met de Oude Maas.
Het gebied ademt nog steeds historie; een uniek griendennatuurgebied, waar eb en vloed vrijelijk kan stromen dankzij de directe verbinding met de Oude Maas.
In dit getijdengebied groeien van oudsher riet, biezen en wilgen. Eeuwen geleden waren deze natuurlijke materialen goud waard: ze werden gebruikt voor dakbedekking, manden en allerlei andere toepassingen. Vanaf de 17e eeuw werden de grienden gecultiveerd om de opbrengst te maximaliseren.
Tegenwoordig mag de natuur weer wat meer haar gang gaan.
Alleen de wilgen langs de paden worden nog netjes geknot, terwijl de rest
vrijuit mag verwilderen. Het resultaat is een prachtig landschap waar historie
en natuur elkaar omarmen – een plek waar de tijd even stilstaat en een ijsvogel
je dag helemaal compleet maakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten