Om de corona-pondjes te voorkomen, wandel ik de laatste tijd regelmatig vanuit mijn huis door de parken in de buurt. Wat me opvalt, is dat de mensen iets vriendelijker zijn dan gewoonlijk als ik hen op gepaste afstand passeer. En het is ook wat drukker met wandelaars. Deze 3 tips om een leuk ommetje te maken:
1. Het
Zuiderpark
Het
Zuiderpark is in Rotterdam goed bekend. Menig Zuiderling heeft hier weleens
vertoefd. Tegenwoordig is het ‘design’-park, maar voor de echte
natuurliefhebber zijn er nog wel wilde stukjes te ontdekken.
Het is een
park, waar een reiger onverstoorbaar op een hoge tak zit en de plas overziet. Meerkoeten
en eenden dobberen rond. Nijlganzen snateren van protest als wandelaars te
dichtbij komen. Andere ganzen blijven op het gras doorgrazen; ze zijn mensen
gewend.
2.
Smeetslandsedijk
Het parkje
onderaan de Smeetslandsedijk wordt voornamelijk gebruikt door hondenuitlaters.
De dijk is een restant van een oude dijk. In 1444 kreeg meester Arend van der
Woude een vergunning om een polder aan te leggen: Polder Smeetsland en Meester
Arend van der Woudensland. De polder werd begrensd door de Smeetslandsedijk in
het noorden.
In het parkje staan enkele oude fruitbomen, als herinnering aan het tuinbouwverleden. En een paar hele dikke wilgen, waarschijnlijk ooit geplant als afscheiding van de percelen.
3.
Valkenierspark
Vanaf de Groene Hilledijk loopt het langwerpige Valkenierspark door tot aan de Vaanweg. Het is een park dat veelal wordt bezocht door wijkbewoners en (groot)ouders met kinderen.
Ook hier
is niet bijzonder dat een reiger langs de kant van het water staat te loeren
naar een mogelijk visje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten